HOEVE VAN HET PAVILJOEN

De hoeve van het paviljoen werd gebouwd omstreeks 1879-1880.

De hoeve is gelegen aan de Paviljoenstraat (Plan)(Kaart via Google).

 

In de hoeve van het paviljoen vestigde zich omstreeks 1880 de Luikse rentenier Ernest Lemmens en zijn echtgenote Anna-Thomasina, dochter van De Marbaix, die dat jaar te Eindhout waren gehuwd. Anna-Thomasina bracht muurschilderingen aan in deze hoeve zoals ze ook al had gedaan in de Ossenstalhoeve. Het waren herderlijke taferelen.

Het echtpaar kreeg één kind, Paul-Alphonse geboren op 18 november 1881, die het jaar nadien overleed. Vader Ernest stierf in 1883 en Anna Thomasina De Marbaix week uit naar Itegem in 1884. Daarna kwam er personeel van het landhuis in het gebouw wonen, o.a. de tuinbouwkundige Van Asbroek uit Schaarbeek en een Franse dienstknecht, Louis Gramain. Het gezin Van Asbroek week op 17 maart 1892 uit naar Rotselaar.

Het huis bleef dan leeg tot 1901 toen Charles De Forcheaux uit Sint-Joost ten Node en Jeanne-Ernestine Van Balveren uit Nijmwegen er kwamen wonen., nadien namen ze hun intrek in het landhuis.

Dan kwam het gezin Constant Peeters-Mertens met hun zeven kinderen, die in de hoeve bleven tot maart 1911, toen nam het gezin Jan-Baptist Daems-Lemmens en hun negen kinderen er hun intrek tot  maart 1920 en vanaf dertig maart 1920 kwam het gezin Petrus (Peer) Ennekens er wonen, die voordien in Oosterlo hadden gewoond.

Na de oorlog kwam de familie Vennekens er wonen. Zij werden opgevolgd door de familie Geerinckx.

 

 

Menu